Erpse regisseur blikt tevreden terug op première op Noordkade

VEGHEL | De film Lieve Piet van de Erpse regisseur Jarne Hagelaars (24) ging op vrijdag 7 juli in première bij de Industry bioscoop op de Noordkade. “De reacties waren heel goed”, laat Jarne weten.

Hij vervolgt: “Dat had ik ook wel verwacht van veel familie en vrienden. Maar een aantal vrienden die nuchtere gasten zijn kwamen met traanogen naar me toe.” 

‘Praten helpt verwerking’
Ook Jarne’s familie was te spreken over hoe hij het verhaal van zijn oma heeft verfilmd. “Ik heb het vooraf aan de kinderen van oma laten zien die ook in de film voorkomen. Anders was het voor hen misschien te emotioneel tijdens de première. Sommige dingen zijn in de film ook wat anders en hun moeder wordt gespeeld door een actrice waardoor er wel afstand is. Maar erover praten helpt wel met de verwerking.”

Herkenning
Maar ook vreemden waren zichtbaar geraakt door het verhaal over rouw, familie en liefde. “Een man die zijn vrouw is verloren kwam mij en een actrice met traanogen bedanken. Hij herkende zich in haar. Iemand anders beloofde vaker naar haar opa te gaan. Dat is mooi om te zien.”

Leerzaam
Het was voor Jarno de eerste keer dat hij zo’n grote productie regisseerde. “Ik heb wel vaker korte films gedraaid, maar nog nooit over zoveel maanden met zo’n grote cast en crew, met subsidies en fondsen en een evenement eromheen. Dat was leuk maar ook wel ingewikkeld. Het was heel leerzaam voor de volgende keer.”

Spanning
Onder het team heerste spanning van tevoren. “Ik kreeg veel appjes van de crew. Ze waren zenuwachtig en benieuwd wat ouders en partners zouden zeggen. Begin april hebben we alles gefilmd, dus het was ook leuk om elkaar weer te zien en herinneringen op te halen.”

Filmfestivals
Na de première is de film meteen opgestuurd naar verschillende filmfestivals in de hoop dat hij daar vertoond wordt en misschien zelfs in de prijzen valt. “Misschien dat hij ook nog een keer in Veghel vertoond wordt. We hoorden namelijk van meerdere mensen die het niet op tijd hadden meegekregen of die dag niet konden.”